Artikel 1. De personeelsleden van het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag die op 31 december 2014 hun werkzaamheden uitoefenen bij het Fonds voor Collectieve Uitrustingen en Diensten worden van ambtswege overgedragen naar de Vlaamse en de Franse Gemeenschap.
De personeelsleden worden overgedragen bij een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit genomen op gezamenlijke voordracht van de Eerste Minister en van de Minister van Sociale Zaken, na advies van de betrokken Regeringen.
De personeelsleden worden overgedragen volgens hun taalrol of -regime.
Art. 2. § 1. De overgedragen personeelsleden behouden hun hoedanigheid, hun graad of hun klasse, hun administratieve en geldelijke anciënniteit.
Het stagedoend personeelslid wordt geacht titularis te zijn van de graad of van de klasse waarvoor hij zich kandidaat heeft gesteld.
§ 2. Zij behouden ook de toelagen, de vergoedingen of premies en andere voordelen waarop zij bij het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag aanspraak konden maken overeenkomstig de regelgeving die op hen van toepassing was en vanaf de datum waarop het recht werd verworven.
Zij behouden de voordelen verbonden aan een functie slechts in zoverre de voorwaarden voor de toekenning ervan blijven bestaan in de diensten van de gemeenschap waarnaar zij worden overgedragen.
§ 3. De personeelsleden die geslaagd zijn voor een examen of voor een vergelijkende selectie voor overgang naar het hoger niveau of voor een examen of een selectie voor verhoging in graad of voor een gedeelte van deze examens of selecties, georganiseerd binnen het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag, behouden het voordeel van dit slagen overeenkomstig artikel 4, § 4 van het koninklijk besluit van 25 juli 1989 tot vaststelling van de wijze waarop personeelsleden van de federale ministeries overgaan naar de Gemeenschaps- en Gewestregeringen en naar het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie.
Art. 3. De overgedragen personeelsleden behouden de laatste evaluatie die hen overeenkomstig het koninklijk besluit van 24 september 2013 betreffende de evaluatie in het federaal openbaar ambt werd toegekend binnen het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag. Deze evaluatie blijft geldig tot aan de toekenning van een nieuwe evaluatie binnen de Gemeenschap waaraan zij worden overgedragen. Indien het personeelslid dat wordt overgedragen een beroep heeft ingesteld tegen een vermelding, dient deze procedure te worden afgehandeld voor het personeelslid wordt overgedragen
Art. 4. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2015.
Art. 5. De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.