De dienstbrief 997/63 van 30 november 2005 bevatte een voorstelling van de gebruikersgids van de DMFA, voor de evaluatie van de winstgevende activiteit van de student op basis van het koninklijk besluit van 10 augustus 2005 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder kinderbijslag wordt verleend ten behoeve van het kind dat onderwijs volgt of een vorming doorloopt (zie ook de CO 1354 van 8 juli 2005).
Deze dienstbrief geeft twee verduidelijkingen bij de gebruikersgids, en ook een technische precisering.
blz. 1 onderaan van de gids: technische precisering: meerdere werknemerslijnen:
Er zijn meerdere werknemerslijnen in een DMFA als de werkgever zijn activiteit wijzigt (werkgeverscategorieën) tijdens het kwartaal of als de werknemer tewerkgesteld is onder verschillende hoedanigheden (werknemerscodes) voor dezelfde werkgever, bijvoorbeeld deels als gewone werknemer en deels als student met solidariteitsbijdrage.
Te noteren valt dat in een dergelijk geval bij de informaticaverwerking twee of meer attesten worden aangemaakt, alsof er twee of meer DMFA's waren.
blz. 2 van de gids, voorINHOUD: verlenging van de toekenningsperiode van de kinderbijslag voor de werkzoekende:
De gegevens over de tewerkstelling als jobstudent in de maanden juli, augustus en september (codes 840 en 841 in de werknemerslijn 90012 - zone 0037 werknemerskengetal) dienen te worden verwerkt voor de verlenging van de wachttijd voor werkzoekende schoolverlaters (cf. bijlage bij CO 1366 van 16 februari 2007, blz. 27)
De vraag naar een tewerkstelling als jobstudent komt immers niet meer voor op het controleformulier P20).
bladzijden 13 en 14 van de gids: criterium van de effectieve uitoefening van de winstgevende activiteit:
Deze bladzijden analyseren per "prestatiecode" de weerslag van de uur- of daggegevens op het recht op kinderbijslag van de student.
Enkel de gegevens bij de codes 1 en 301 komen in aanmerking.
90018 - Prestatie van de tewerkstelling werknemerslijn RSZ/RSZPPO
Code |
Omschrijving |
DMFA |
DMFA PPL |
Impact kinderbijslag |
1 |
alle arbeidstijdgegevens gedekt door loon met RSZ-bijdragen, met uitzondering van de wettelijke en bijkomende vakantie van arbeiders |
Yes |
Yes |
240-uren norm evalueren |
301 |
alle arbeidstijdgegevens gedekt door loon met vrijstelling van socialezekerheidsbijdragen, met uitzondering van deze die onder een andere code vermeld worden |
No |
Yes |
240-uren norm evalueren |
Code 1 kan andere gegevens betreffen dan gegevens over effectieve tewerkstelling.
De "instructies aan de werkgevers" op de Portaalsite van de sociale zekerheid (www.socialsecurity.be) preciseren het volgende.
CODE 1
-
normale werkelijke arbeid (ook aangepaste arbeid met loonverlies);
-
meerprestaties zonder inhaalrust;
-
inhaalrust andere dan inhaalrust bouwbedrijf en inhaalrust in het kader van arbeidsduurvermindering (zie echter code 20 voor inhaalrust met het systeem van verhoogd uurloon);
-
arbeidsongeschiktheid met gewaarborgd loon 1ste week of gewaarborgd maandloon;
-
periode van opzegtermijn of periode gedekt door de verbrekingsvergoeding of de inschakelingsvergoeding;
-
kort verzuim;
-
dwingende reden met behoud van loon;
-
afwezigheid met gewaarborgd dagloon wegens arbeidsongeschiktheid;
-
gewaarborgd dagloon wegens een andere reden dan arbeidsongeschiktheid;
-
technische stoornis in de onderneming;
-
sluiting van de onderneming ter bescherming van het leefmilieu;
-
feestdagen tijdens de arbeidsovereenkomst, feestdagen na beëindiging van de arbeidsovereenkomst en vervangingsdagen van een feestdag;
-
andere afwezigheid met behoud van normaal loon met RSZ-bijdragen (b.v. toegestane afwezigheid met behoud van loon, politiek verlof,...);
-
wettelijke en bijkomende vakantie voor bedienden.
In de bijzondere context van de student is het criterium dat gehanteerd wordt voor het evalueren van het recht de effectieve uitoefening van een winstgevende activiteit.
Alle bezoldigde dagen of uren afwezigheid, ongeacht of ze verband houden met feestdagen, met afwezigheidsdagen gedekt door een gewaarborgd loon wegens arbeidsongeschiktheid of andere afwezigheden, moeten bijgevolg niet worden verrekend in het quotum van 240 uur.
Te noteren valt dat dit standpunt wordt bevestigd door de rechtspraak.
Als een DMFA die meer dan 240 uren vermeldt, onder code 1 dagen of uren van afwezigheid bevat, dan moet de betaling van het kwartaal in de praktijk in debet geplaatst worden, omdat het onmogelijk is die afwezigheden te bepalen.
De sociaal verzekerde moet echter de mogelijkheid hebben deze gegevens aan het kinderbijslagfonds te bezorgen aan de hand van een attest van de werkgever met het oog op het herevalueren van het quotum in zijn voordeel: bijvoorbeeld een attest dat stelt dat in een bepaald kwartaal die dag of dat uur bezoldigd was als "feestdagen tijdens de arbeidsovereenkomst, feestdagen na het einde van de arbeidsovereenkomst en dagen ter vervanging van een feestdag".
De motiveringsmodule die al een dergelijke mogelijkheid voorziet in geval van omzetting van dagen in uren zal in die zin worden aangepast (zie module 41bis van de dienstbrief 999/C139 van 5 februari 2007).
Ter herinnering: a fortiori moet evenmin rekening worden gehouden met de dagen of uren vermeld onder de prestatiecodes 2 tot 26, omdat ze periodes van inactiviteit betreffen (zonder impact, al verduidelijkt in de gids van 30 november 2005).