De CO 1170 van 20 december 1986 bepaalt welke schikkingen getroffen moeten worden om te voorkomen dat het kraamgeld meer dan eenmaal betaald wordt.
Het nationaal repertorium van de kinderbijslag (NRK) en het rijksregister van de natuurlijke personen (RRNP) zijn krachtige werkinstrumenten daartoe, zodat het maar zeer zelden voorkomt dat meer dan eens kraamgeld uitgekeerd wordt.
Daarom is de procedure vereenvoudigd.
1. Het geboortebewijs is ingediend
Het geboortebewijs naar het model gevoegd bij de omzendbrief aan de burgemeesters van 1 april 1990 (BS van 8 mei 1990) aangevuld door de omzendbrief van 6 mei 1997 (BS van 24 juni 1997) moet zich in het individueel dossier van de rechthebbende bevinden. Op het bewijs wordt de datum van ontvangst gezet en ook de vermelding "betaald-geannuleerd".
2. Het geboortebewijs ontbreekt
2.1. Onderzoek naar het geboortebewijs
Er wordt gevraagd om zowel voor geboortes buiten België (er is geen geboortebewijs) als voor geboortes in België (het bewijs is zoekgeraakt) een formulier model E-att (zie bijlage 1) te sturen.
De bevoegde instelling stuurt een brief naar de bijslagtrekkende met het verzoek een formulier E-att in te vullen. Dan wordt al het mogelijke gedaan om het geboortebewijs terug te vinden, aan de hand van de via het formulier verstrekte informatie.
2.2. Validering of machtiging om te betalen
- Als de bijslagtrekkende na een rappel te hebben ontvangen het formulier E-att nog niet terugstuurt, kan de betaling van het kraamgeld niet gevalideerd worden of kan geen machtiging worden verleend om het te betalen.
Als het kraamgeld vooruitbetaald is moet terugvordering overwogen worden.
- Als gegevens in het dossier doen vermoeden dat mogelijk meer dan eenmaal kraamgeld uitgekeerd is, moet de kinderbijslaginstelling de zaak verder onderzoeken, eventueel door een controlebezoek ter plaatse.
- Op basis van de gegevens in het dossier en op het formulier E-att bepaalt de dossierbeheerder of er al dan niet gevaar voor cumulatie bestaat. In voorkomend geval kent hij aan het formulier de waarde toe van een speciaal geboortebewijs en laat het daarvoor dienen.
- Als het recht op kraamgeld afhankelijk is van een door de minister toegestane afwijking, kan die als men niet over het geboortebewijs beschikt niet aangevraagd worden alvorens de vervangende procedure (validering van een formulier E-att) is afgesloten.
2.3. Procedure voor de instellingen die geen toegang hebben tot de repertoria van de Rijksdienst
Instellingen die geen toegang hebben tot de repertoria van de Rijksdienst sturen telkens een schriftelijke aanvraag naar de mediatiedienst van de RKW samen met het ingevulde formulier E-att ter validering.
De Rijksdienst doet de nodige opzoekingen (NRK, RRNP, repertorium van het RIZIV, enz.) en valideert in voorkomend geval de betaling van het kraamgeld door de vermelding " geen cumulatie vastgesteld in de repertoria ".
2.4. Slotbepalingen
CO 1170 van 20 december 1986 wordt ingetrokken
Deze omzendbrief is onmiddellijk van toepassing.