1. Art. 34 legt aan alle personen die aan de gecoördineerde wetten onderworpen zijn de verplichting op tot aansluiting bij een kinderbijslagfonds (of bij de RKW).
2. Dat artikel maakt geen onderscheid tussen natuurlijke en rechtspersonen. Wanneer de werkgever een rechtspersoon is rijst dus de vraag wie bevoegd is voor de aansluiting bij een kinderbijslagfonds.
3. Vennootschappen handelen door hun beheerders of zaakvoerders, van wie de bevoegdheden in en door de statuten zijn vastgelegd.
Die beheerders en zaakvoerders vertolken rechtstreeks de wil van de onderneming, zonder dat daarvoor machtiging vereist is.
De organen van een vennootschap moeten dus geen macht overleggen om van hun bevoegdheden te doen blijken, het volstaat dat ze het bewijs leveren van hun hoedanigheid, wat geen moeilijkheden oplevert wanneer hun benoeming regelmatig bekendgemaakt is (art. 12 §1 en §2, Wetboek van Koophandel).
4. Volgens de wet mogen de bevoegdheden van de beheerders vrij in de statuten worden bepaald (art. 9, 11°, Wetboek van Koophandel).
Wanneer de statuten die bevoegdheden niet regelen neemt de wet aan dat de oprichters aan de raad van bestuur enkel de bevoegdheid hebben willen verlenen tot het stellen van alle daden van beheer (art. 4, Wetboek van Koophandel).
Daarnaast kan de raad van bestuur het dagelijks bestuur overdragen aan directeurs, zaakvoerders en andere personen, die al dan niet vennoten zijn (art. 63, Wetboek van Koophandel).
5. Wat moet onder een daad van beheer worden verstaan?
Globaal gezien staat een daad van beheer tegenover een daad van beschikking.
- daad van beheer: een daad die beoogt een goed of een vermogen te bewaren, te beheren of winst te doen opleveren, zonder te raken aan het kapitaal of op definitieve of duurzame wijze verbintenissen aan te gaan voor de toekomst.
Voorbeeld: besteding van de inkomsten, verkoop van niet-duurzame roerende goederen, betaling van schulden, verzekeringscontracten,...
- daad van beschikking: daad die het kapitaal zelf, in zijn geheel of gedeeltelijk, aantast of het in aanzienlijke mate vastlegt voor zeer lange tijd.
Op te merken valt dat de bepaling van wat een daad van beheer is niet afhankelijk is van de aard zelf van de daad, maar van de bevoegdhedenvan de beheerder. Het gaat hier om een variabel begrip dat wisselt naargelang van de omstandigheden die de daad motiveren.
6. Uit wat voorafgaat menen wij te kunnen besluiten dat de aansluiting bij een kinderbijslagfonds - een wettelijke verplichting - een daad van beheer is.
De aansluiting kan dus gebeuren door de beheerders of de zaakvoerders die handelen conform de statuten van hun vennootschap (d.w.z. alleen, gezamenlijk of als college, wat de beheerders betreft; alleen of gezamenlijk, wat de personen betreft die met het dagelijks bestuur zijn belast), zonder bijzondere machtiging.
7. Het dient te worden opgemerkt dat de genoemde personen lastgeving kunnen doen, waarbij het om bijzondere lastgeving moet gaan. De lasthebbers moeten tegenover derden van hun bevoegdheden doen blijken door overleg-ging van een regelmatige lastgeving.
8. Volgens advies K.C. 132/6219-6233 dd. 22 juni 1965 mag de keuze van een kinderbijslagfonds gebeuren door tussenkomst van een lasthebber voor zover die belast is met een bijzondere opdracht, waarvan de documenten waar hij houder van is het onweerlegbaar bewijs leveren.
Ons inziens betreft dit voorschrift enkel de in punt 7 hierboven bedoelde personen.
En er valt op te merken dat het advies geenszins verwijst naar het be-grip daad van beschikking...
9. Wat de beheerders en zaakvoerders betreft bepaalt art. 12 van het Wetboek van Koophandel dat een uittreksel uit de akten betreffende hun benoeming en ambtsbeëindiging wordt gepubliceerd in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad.
De uittreksels uit de akten die gepubliceerd moeten worden in het Staatsblad bevatten eveneens vermeldingen i.v.m. de omvang van de bevoegdheden van de beheerders en de wijze van uitoefenen daarvan (art. 7, 8° en 9, 11° van het Wetboek van Koophandel, naargelang van het type van vennootschap).
Daarnaast bepaalt art. 10 van het Wetboek van Koophandel dat eenieder met betrekking tot een bepaalde vennootschap kosteloos inzage kan nemen van de stukken 'die op de griffie. van de handelsrechtbank zijn neergelegd en er, ook op schriftelijke aanvraag, een volledig of gedeeltelijk afschrift kan van verkrijgen, zonder andere kosten dan de griffierechten.
Tenslotte handelen de beheerders en zaakvoerders, zoals reeds gezegd, zonder dat daarvoor een machtiging vereist is.
10. Tot besluit: uit juridisch oogpunt zijn de personen die bevoegd zijn voor de aansluiting yan een vennootschap bij een kinderbijslaginstelling enerzijds de beheerders en zaakvoerder- van die vennootschap, die handelen conform de statuten en in het kader van de hen door die statuten verleende bevoegdheden en anderzijds elke persoon die houder is van een bijzondere lastgeving voor die aansluiting (voor dit laatste punt cf. K.C. 132/6219-6233 van 22 juni 1965).
Bron: Juridische Studiën. Ref.: E7176/Contr.