Een van de fundamentele principes van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap is het vrije verkeer van personen binnen de Europese Unie. Op basis van dat principe kunnen de burgers van de lidstaten zich vrij bewegen in de Europese Unie om in een andere lidstaat te werken, werk te zoeken of te wonen.
Om dat vrije verkeer effectief te verwezenlijken en te vergemakkelijken, werden gemeenschapsverordeningen opgesteld om de socialezekerheidsregelingen van de verschillende lidstaten te coördineren.
Het gaat met name om:
- tot 30 april 2010:
- Verordening (EEG) nr. 574/72 van de Raad van 21 maart 1972 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EEG) nr. 1408/71 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen.
- Verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen,
- vanaf 1 mei 2010:
- Verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels,
- Verordening (EG) nr. 987/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 tot vaststelling van de wijze van toepassing van Verordening (EG) nr. 883/2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels.
Die coördinatie wordt gecontroleerd door de Administratieve Commissie voor de Sociale Zekerheid van Migrerende Werknemers die in het bijzonder belast is met het opstellen van de modellen van de documenten voor de toepassing van Europese verordeningen.
Art. 80 van de Verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de socialezekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen
De formulieren bestaan in alle officiële talen van de Europese Unie en de Europese Economische Ruimte.
De rubrieken zijn gelijk en een formulier in een bepaalde taal kan vergeleken worden met een formulier met hetzelfde nummer in een andere taal. De formulieren worden gebruikt om de gemeenschapsverordeningen toe te passen.
Sommige worden aan de verzekerde en de familieleden bezorgd als bewijs van hun situatie op het vlak van sociale zekerheid. Andere worden gebruikt om gegevens uit te wisselen tussen de instellingen van de verschillende lidstaten van de Europese Unie en de Europese Economische Ruimte.
Lijst van de bestaande formulieren:
- E 401: verklaring over de gezinssamenstelling - Gezin verblijft in de Europese Unie,
- E 402: bewijs van voortgezette studie in de Europese Unie voor de toekenning van gezinsbijslag,
- E 403: verklaring van leercontract of beroepsopleiding in de Europese Unie voor de toekenning van gezinsbijslag,
- E 404: medische verklaring voor de toekenning van gezinsbijslag,
- E 405: kinderbijslag in andere EU-landen: verklaring over de samenstelling van de tijdvakken van verzekering, van arbeid of van verrichte werkzaamheden of over achtereenvolgende werkkringen in verscheidene lidstaten tussen de data waarop overeenkomstig de wetgeving van deze staten betaling verschuldigd is,
- E 407: medische verklaring voor de toekenning van een bijzondere kinderbijslag of een verhoogde kinderbijslag voor gehandicapte kinderen,
- E 411: verzoek om inlichtingen omtrent het recht op gezinsbijslagen in de staat waar de gezinsleden wonen.
De nieuwe Europese verordeningen, die van kracht werden op 1 mei 2010, bepalen dat voortaan de gegevensoverdracht rechtstreeks tussen de instellingen of de verbindingsorganen elektronisch gebeurt of via contactpunten ('Verbindingsorganen' genaamd).
In België is FAMIFED het verbindingsorgaan voor gezinsbijslag.
Art. 3 van Verordening (EEG) nr. 574/72
Bovendien is beslist om een netwerk, EESSI genaamd, op te bouwen met een gemeenschappelijk beveiligd kader dat de vertrouwelijkheid en de bescherming van de gegevensuitwisseling garandeert.
Het EESSI is een informaticasysteem om socialezekerheidsinstellingen in de EU te helpen sneller en veiliger informatie uit te wisselen in overeenstemming met de Europese regelgeving over de coördinatie van de sociale zekerheid.
Hoe zal het systeem werken?
De nationale instellingen zullen alle informatie over de grensoverschrijdende socialezekerheidsdossiers uitwisselen aan de hand van gestructureerde elektronische documenten.
Die documenten worden verstuurd door de EESSI (door de Europese Commissie op centraal niveau ondergebracht) naar hun bestemming in een ander EU-land.
Het personeel van de socialezekerheidsinstellingen kan de juiste bestemmeling in een ander EU-land vinden aan de hand van een repertorium van nationale instellingen.
Wat zijn de voordelen?
Voor het publiek:
- snellere behandeling van de aanvragen,
- snellere berekening en betaling van de bijslag.
Voor de openbare overheden:
- genormaliseerde informatieflux,
- betere meertalige communicatie dankzij gemeenschappelijke gestructureerde documenten,
- geoptimaliseerde controle en verzameling van gegevens
Voor de communicatie in het kader van dat netwerk gaan de Administratieve Commissie en werkgroepen de structuur, de inhoud en het formaat vastleggen van de gestructureerde elektronische documenten (SED) die uitgewisseld zullen worden in plaats van de huidige E...-formulieren.
In een overgangsperiode worden nog de oude formulieren gebruikt.