Gehandicapte kinderen of kinderen met een aandoening van meer dan 25 jaar oud die voor 1 juli 1966 geboren zijn kunnen de kinderbijslag tegen de gewone schaal blijven ontvangen, met de specifiek voor hun statuut bepaalde leeftijdsbijslag.
Er zijn verschillende voorwaarden:
- ze waren nog rechtgevend op 1 juli 1987 (artikel 63 AKBW),
- ze zijn ofwel volledig ongeschikt om te werken, ofwel erkend als ten minste 66 % arbeidsongeschikt en ze werken in een beschutte werkplaats of ze krijgen een werkloosheids- of arbeidsongeschiktheidsvergoeding die voortvloeit uit hun activiteit in een beschutte werkplaats.
Activiteitsvoorwaarden: alle andere activiteiten die onder de sociale zekerheid vallen vormen een beletsel. Ze mogen een werkloosheidsuitkering, een ziekte-uitkering of een pensioen ontvangen als gevolg van hun tewerkstelling in een beschutte werkplaats. Alle andere sociale uitkeringen (werkloosheid of arbeidsongeschiktheid) vormen daarentegen een beletsel. Ze mogen ook een overlevings- of rustpensioen ontvangen als het bedrag ervan lager is dan het gewaarborgd pensioen of een uitkering in de regeling voor gehandicapten.
Opvolging: als ze in België verblijven, worden ze opgevolgd via de socioprofessionele fluxen, de RVP en de RSVZ. Als ze niet in België wonen, moeten de kinderbijslaginstellingen hen jaarlijks op 5 september een P5-formulier sturen.