Artikel 1. De leden van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Kinderbijslag voorWerknemers, beoogd in artikel 4quater, eerste lid, 4°, van de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, ingevoegd bij de wet van 4 april 2014, zijn :
1° drie effectieve vertegenwoordigers van de Vlaamse Gemeenschap en één plaatsvervanger;
2° twee effectieve vertegenwoordigers van de Franse Gemeenschap of het Waalse Gewest bij toepassing van artikel 138 van de Grondwet en één plaatsvervanger;
3° één effectieve vertegenwoordiger van de Duitstalige Gemeenschap en één plaatsvervanger;
4° twee effectieve vertegenwoordigers van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en één plaatsvervanger.
De wijze van aanduiden van die vertegenwoordigers wordt geregeld door de Gemeenschappen, het Waalse Gewest bij toepassing van artikel 138 van de Grondwet en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, elke instantie wat de eigen vertegenwoordigers betreft.
Art. 2. De inwerkingtreding van de beslissing van een Gemeenschap, het Waalse Gewest bij toepassing van artikel 138 van de Grondwet of de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie om zelf de gezinsbijslag administratief te beheren en te betalen, stelt een einde aan haar vertegenwoordiging in het Beheerscomité van de Rijksdienst. Wanneer de Rijksdienst op dat ogenblik echter bevoegd blijft voor de centralisatie van de gegevensuitwisseling voor rekening en in opdracht van de Gemeenschap, het Waalse Gewest bij toepassing van artikel 138 van de Grondwet of de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie die beslist heeft om zelf de kinderbijslag administratief te beheren en te betalen, blijft die vertegenwoordiging bestaan, uitsluitend voor de agendapunten in verband met die centralisatie.
Art. 3. De wijzigingen aangebracht door de wet van 4 april 2014 tot wijziging van de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van open baar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, aan de wet van 25 april 1963 betreffende het beheer van de instellingen van openbaar nut voor sociale zekerheid en sociale voorzorg, aangaande de vertegenwoordiging van de Gemeenschappen, het Waalse Gewest bij toepassing van artikel 138 van de Grondwet en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie in het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers treden in werking :
1) op 1 april 2014 voor wat betreft de raadgevende rol van die vertegenwoordiging;
2) op 1 juli 2014 voor wat betreft de beslissende rol van die vertegenwoordiging.
Art. 4. Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 april 2014.
Art. 5. De minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Middenstand zijn ieder wat hem betreft belast met de uitvoering van dit besluit.