TabsTekst Wanneer de voorwaarden bepaald in artikel 1 en artikel 2, eerste lid, 1°, tweede en vierde lid vervuld zijn maar nog niet is vastgesteld dat voldaan is aan de voorwaarden bepaald in artikel 2, eerste lid, 2°, en in artikel 3, betaalt de Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers bij wijze van voorschot de bijslag tegen de bedragen bepaald door de Koning, vanaf de maand van de aanvraag. De Rijksdienst treedt van rechtswege in de rechten op de gezinsbijslag die voor hetzelfde kind en voor hetzelfde tijdvak verschuldigd is op een andere in artikel 2, eerste lid, 2° bedoelde grond. Deze subrogatie geschiedt tot beloop van het uitgekeerd bedrag. De instelling welke de gezinsbijslag verschuldigd is, doch niet heeft uitbetaald, houdt die in ten voordele van de Rijksdienst en op diens verzoek. Wet in extenso Referenties 4 april 1991 - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 3bis van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag, houdende de vaststelling van bedragen die bij wijze van voorschot worden betaald (BS 5.7.1991) MetadataDatum van inwerkingtreding: 07/08/1971Datum van afkondiging: 20/07/1971Datum van publicatie: 07/08/1971Sleutelwoorden: GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAGRKW (RIJKSDIENST VOOR KINDERBIJSLAG VOOR WERKNEMERS)VOORSCHOTTENSUBROGATIE