Wanneer de erkenning van het leercontract geweigerd of ingetrokken wordt of het leercontract wordt verbroken, dan kan het kinderbijslagfonds de kinderbijslag nog toekennen onder de hieronder vermelde voorwaarden.
Kinderbijslag voor de periode voorafgaand aan de weigering
Bij weigering van de erkenning van het leercontract heeft de leerjongen of het leermeisje maximaal 6 maanden recht op kinderbijslag vanaf het begin van het leercontract, op voorwaarde dat het leercontract in die periode werd uitgeoefend.
Kinderbijslag voor de periode na de weigering, intrekking of verbreking
De leerjongen of het leermeisje behoudt nog maximaal 3 maanden het recht op kinderbijslag na de datum van de weigering of de intrekking van de erkenning of de verbreking van het leercontract.
De jongere moet daarvoor voldoen aan de volgende drie voorwaarden:
- De jongere oefent tijdens die periode geen winstgevende activiteit uit. Het voortzetten van het leercontract wordt gezien als een winstgevende activiteit.
- De jongere blijft de lessen volgen als leerjongen/leermeisje.
Als de verbreking van de leerovereenkomst tijdens de zomervakantie valt, dan moet de jongere de lessen regelmatig gevolgd hebben tot het einde van het schooljaar.
Als de termijn van 3 maanden verstrijkt na 31 augustus, dan bestaat er enkel recht voor september als de jongere na de vakantie de lessen onmiddellijk hervat.
- De jongere is niet uitgesloten van een latere erkenning.
Het recht op kinderbijslag wordt beperkt tot de datum waarop het leercontract normaal beëindigd zou zijn zonder weigering of intrekking van de erkenning of verbreking van het leercontract.