Voorwaarden
Een jongere die deeltijds secundair onderwijs of een erkende opleiding volgt en een winstgevende activiteit uitoefent, kan recht hebben op kinderbijslag. Naast de studie- of opleidingsvoorwaarden moeten dan deze voorwaarden vervuld zijn:
- De maandelijkse bezoldiging uit de winstgevende activiteit overschrijdt de inkomensgrens niet, behalve als het gaat om werk als zelfstandige vrijgesteld van sociale bijdragen.
- Ontvangt de jongere ook een sociale uitkering, dan mag de maandelijkse bezoldiging uit de winstgevende activiteit en de sociale uitkering samen de inkomensgrens niet overschrijden.
- De inkomensgrens geldt ook tijdens de schoolvakanties.
Controlemiddelen
- P7A: antwoord op vraag 1 (aangifte van de inkomsten).
- RIP-bericht: bij aanvang van de tewerkstelling wordt de betaling van de kinderbijslag geschorst in afwachting van een verklaring over het inkomen (kopie arbeidscontract).
- De student werkt als zelfstandige:
- code A op het ARZA-bericht
De student is zelfstandige in hoofdberoep: vraag een verklaring op eer aan de bijslagtrekkende met opgave van de inkomsten uit het werk als zelfstandige. - code H op het ARZA-bericht
De student werkt als zelfstandige vrijgesteld van sociale bijdragen: de kinderbijslag mag verder betaald worden zonder een verklaring op eer te vragen. - code K op het ARZA-bericht
Faillissementsverzekering voor de zelfstandigen. Deze sociale uitkering wordt geteld bij de som van de andere inkomsten.
- code A op het ARZA-bericht
Indien de voorwaarden niet vervuld zijn
Schorsing van het recht op kinderbijslag voor de maand.
Aandachtspunten
- De aangifte van de inkomsten (P7A) volstaat, maar bij twijfel moet de werkgever gecontacteerd worden.
- Vakantiegeld telt niet mee om te bepalen of de maandelijkse bezoldiging van de jongere de inkomensgrens overschrijdt.