Tot 18 jaar: onvoorwaardelijk recht
Het rechtgevend kind heeft onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag tot 31 augustus van het kalenderjaar waarin het 18 jaar wordt. Vanaf 1 september van dat kalenderjaar kan het verder recht hebben op kinderbijslag onder voorwaarden.
Opgelet: voor jongeren die pas 18 jaar worden na 31 augustus, geldt het onvoorwaardelijke recht ook tot 31 augustus.
Voorbeelden
Sara is geboren op 14 januari 1998. Ze wordt 18 jaar op 14 januari 2016 en heeft nog onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag tot 31 augustus 2016. Vanaf 1 september 2016, kan ze recht hebben op kinderbijslag onder voorwaarden.
Kenny is geboren op 17 oktober 1995. Hoewel hij pas 18 wordt op 17 oktober 2013, heeft hij slechts onvoorwaardelijk recht op kinderbijslag tot 31 augustus 2013. Vanaf 1 september 2013, geldt ook voor hem het recht op kinderbijslag onder voorwaarden.
Van 18 tot 25 jaar: recht onder voorwaarden
De student heeft recht op kinderbijslag als hij aan een van de volgende voorwaarden voldoet:
- hij volgt les;
- hij volgt een opleiding waarvoor studiepunten worden toegekend in het bachelor-master-systeem (BAMA) en waarvoor geen les gevolgd moet worden;
- hij heeft een verlengde tweede zittijd;
- hij doorloopt een stage om benoemd te worden in een ambt;
- hij werkt aan een eindverhandeling hoger onderwijs.
Bijzondere gevallen
Jongeren die hun studies voortzetten buiten het Belgische grondgebied: Dienstbrief 996/120 van 24 februari 2016
Van 18 tot 21 jaar moeten rechtgevende kinderen van bepaalde categorieën van staatsambtenaren of plaatselijke politiekorpsen niet aan die voorwaarden voldoen.
Na 25 jaar: geen recht meer
Het recht op kinderbijslag eindigt op het einde van de kalendermaand waarin de jongere 25 wordt. Ook als de jongere nog studeert. Van die leeftijdsgrens kan niet afgeweken worden.