ONVERSCHULDIGDE BETALING

Informatienota 2000/1: - Termijn voor het indienen van een vordering bij de arbeidsrechtbank. - Verjaringstermijn van het recht om terugbetaling te vorderen van kinderbijslag die ten onrechte betaald is ingevolge frauduleuze handelingen of valse of bewust onvolledige verklaringen.

Blijkbaar is twijfel gerezen naar aanleiding van de wijziging van de bepalingen over de algemene verjaringstermijnen in het Burgerlijk Wetboek door de wet 10 juni 1998, van kracht sinds 27 juli 1998 en verschenen in het Belgisch Staatsblad van 17 juli 1998 (zie bijlage). Hierna volgt de nodige...

MO 158 van 12 mei 1958 - Modelreglement betreffende de sancties - Wijzigingen

Ik heb de eer U in bijlage een tekst van modelreglement betreffende de sancties over te maken, waaraan de compensatiekassen nuttig een voorbeeld zullen kunnen nemen. De Compensatiekassen worden verzocht mij te laten weten of zij volledig deze nieuwe modelbepalingen aannemen. Zo niet worden zij...

MO 432 van 22 augustus 1984 - Terugvordering door inhouding van ingevolge nalatigheid of verzuim ten onrechte verkregen gezinsbijslag (uittreksel)

Artikel 24 uit Kinderbijslagwet werknemersArtikel 120bis uit Kinderbijslagwet werknemers Artikel 11 van de herstelwet van 31 juli 1984 vult artikel 1410, § 4 van het Gerechtelijk Wetboek aan met de volgende bepaling: "Werden de gezinsbijslagen ten onrechte verkregen ingevolge een nalatigheid of...

Artikel 106 van de Algemene kinderbijslagwet

FAMIFED zal een reservefonds voor de kinderbijslag, het kraamgeld en de adoptiepremie samenstellen door middel van : 1° de overschotten waarvan sprake in artikel 108, eerste lid, 3° ; 2° alle andere middelen, welke hem mochten worden toegekend. Het reservefonds is bestemd : 1° in hoofdzaak om in...

Artikel 120bis van de Algemene kinderbijslagwet

De terugvordering van de ten onrechte uitbetaalde uitkeringen kan niet geëist worden na verloop van een termijn van drie jaar te rekenen vanaf de datum waarop de uitbetaling is geschied. Benevens de redenen waarin is voorzien in het Burgerlijk Wetboek, wordt de verjaring gestuit door het eisen van...

Artikel 24 van de Algemene kinderbijslagwet

Een koninklijk besluit zal de reglementen bepalen die, in elk geval, aan de statuten moeten gehecht zijn, bij het indienen van de aanvraag tot toelating. De straffen die de aangesloten werkgevers, sociale verzekeringsfondsen, alsmede de personen, aan wie de bijslagen verschuldigd zijn of moeten...

Artikel 28 van de Algemene kinderbijslagwet

Het beheerscomité van FAMIFED legt een vrij kinderbijslagfonds op een herstelplan op te maken binnen de termijn die het comité bepaalt, in de volgende gevallen : a) wanneer het evaluatiecriterium van het administratief beheer bedoeld in artikel 7, 1°, van het koninklijk besluit van 9 juni 1999...

Artikel 9 van de Wet gewaarborgde gezinsbijslag

§ 1. De terugvordering van de ten onrechte uitbetaalde gewaarborgde gezinsbijslag kan niet geëist worden na verloop van een termijn van drie jaar te rekenen vanaf de datum waarop de uitbetaling is geschied. Benevens de redenen waarin is voorzien in het Burgerlijk Wetboek, wordt de verjaring gestuit...

Artikel 91 van de Algemene kinderbijslagwet

§ 1. De krachtens artikel 19 erkende vrije kinderbijslagfondsen en de bij artikel 31 bedoelde bijzondere kinderbijslagfondsen, zijn verplicht een reservefonds tot stand te brengen. §2. Het reservefonds wordt gestijfd met: a) het vermogen van het reservefonds van het kinderbijslagfonds op 30 juni...

Artikel 91/1 van de Algemene kinderbijslagwet

De erkende vrije kinderbijslagfondsen en de bijzondere kinderbijslagfondsen laten ten onrechte betaalde gezinsbijslag ten laste van het globaal beheer van de sociale zekerheid ingesteld door de wet houdende sociale bepalingen van 30 maart 1994, in de volgende gevallen : 1° wanneer afgezien wordt...

Pages

Top