Overeenkomstig art. 62, §6 G.W. van kracht vanaf 1 september 1984, wordt de kinderbijslag toegekend tot de leeftijd van 25 jaar ten voordele van het niet meer leerplichtige kind dat ingeschreven is als werkzoekende en studies of een leertijd beëindigd heeft.
In toepassing van art. 4, §4 van KB van 12 augustus 1985, tot uitvoering van art. 62, §6 G.W. wordt de toekenning van de kinderbijslag geschorst voor de volledige maand in de loop waarvan de werkzoekende een winstgevende activiteit uitoefent, hoe miniem ook, of een sociale uitkering geniet die voortvloeit uit die activiteit.
De vraag stelt zich of het volgen tijdens de wachttijd van een beroepsopleiding (in casu een cursus "informatica") ingericht door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening en waarvoor de werkzoekende een premie (momenteel 40fr.) per uur ontvangt, als winstgevende activiteit die aanleiding geeft tot de schorsing van de toekenning van de kinderbijslag gedurende deze periode, moet worden beschouwd.
Om uit te maken of deze beroepsopleiding, voor de toepassing van art. 4, §4 van KB van 12 augustus 1985 moet beschouwd worden als een al dan niet toegelaten winstgevende activiteit, dient het besluit van de Vlaamse Executieve van 14 juli 1982 (B.S. van 31 juli 1982) dat aan de werkzoekende in beroepsopleiding bepaalde voordelen toekent, geraadpleegd te worden.
Uit dit onderzoek vloeit voort dat de premie van 40fr. per effectief gevolgd uur voor de toepassing van art. 4, §4 van KB van 12 augustus 1985 noch de aard heeft van een werkloosheidsvergoeding, noch als loon voor verrichte arbeid moet worden aangezien, en dat bijgevolg de beroepsopleiding geen winstgevende activiteit uitmaakt, zodat zij geen beletsel vormt voor de toekenning van kinderbijslag ten voordele van de werkzoekende gedurende de wachttijd.
Bron: Juridische Studiën. Ref.: E6350/Contr.