TabsTekst De vrije kinderbijslagfondsen en de bijzondere kinderbijslagfondsen mogen geen onroerende goederen verwerven of er afstand van doen zonder vooraf machtiging daartoe te hebben gekregen van de minister bevoegd voor Sociale Zaken, op advies van het beheerscomité van FAMIFED. De machtiging van de minister wordt geacht te zijn verkregen als geen beslissing is genomen binnen een termijn van twee maanden na de datum van de aanvraag van het kinderbijslagfonds. Zij mogen bovendien haar tegoed en beschikbare gelden slechts gebruiken voor de verwezenlijking der verrichtingen met het oog waarop zij werden erkend overeenkomstig artikel 23 of ingesteld bij toepassing van artikel 31. Het tegoed en de beschikbare gelden welke niet tot dit doeleind zouden worden gebruikt dienen te worden belegd in fondsen waarvan de lijst door de Minister van Financiën wordt opgemaakt." Historiek De wet van 04.04.2014 tot wijziging van de samengeordende wetten van 19 december 1939 betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, art. 133 (B.S. 05.05.2014), van kracht vanaf 30.06.2014, heeft aan het artikel 170bis de volgende wijzigingen aangebracht: 1° de woorden "bevoegde minister" worden vervangen door de woorden "minister bevoegd voor Sociale Zaken"; 2° de woorden "bijzondere fondsen" worden vervangen door de woorden "bijzondere kinderbijslagfondsen; 3° de woorden "De Rijksdienst voor Kinderbijslag voorWerknemers" worden vervangen door het woord "FAMIFED"; 4° de woorden "het fonds" worden vervangen door de woorden "het kinderbijslagfonds". Referenties 15 juli 1997 - Koninklijk besluit houdende maatregelen tot consolidatie van de financiële activa van de overheid, genomen met toepassing van artikelen 2, § 1 en 3, §1, 6° en § 2 van de wet van 26 juli 1996 strekkende tot realisatie van de budgettaire voorwaarden tot deelname van België aan de Europese Economische en Monetaire Unie (BS 25.7.1997) CO 1320 van 12 augustus 1999 - Onderrichtingen met betrekking tot de aanwending van de door de Rijksdienst aan de kinderbijslagfondsen gestorte gelden en de beleggingen van de reserves van de kinderbijslagfondsen - Uitvoering van de bepalingen van artikel 170bis lid 2 en 3 KBW CO 1388 van 16 mei 2012 - Wet houdende diverse bepalingen (I) van 29 maart 2012 (B.S. 30.03.2012) Programmawet (I) van 29 maart 2012 (B.S. 6.04.2012) CO 1391 van 3 juli 2013 - Artikel 170bis KBW: onderrichtingen inzake aan- of verkoop van onroerende goederen MetadataDatum van inwerkingtreding: 30/06/2014Datum van afkondiging: 04/04/2014Datum van publicatie: 05/05/2014Sleutelwoorden: KINDERBIJSLAGFONDS \ TOELATINGCOMPENSATIEKASKINDERBIJSLAGFONDS (VRIJ)PRIMAIRE KAS