Artikel 56 uit Kinderbijslagwet werknemers
De Wet van 22 februari 1998 houdende sociale bepalingen en de Wet van 22 februari 1998, houdende sommige sociale bepalingen, hierna respectievelijk "Wet 1" en "Wet 2" genoemd, zijn gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 maart 1998 (zie bijlage). ...
1. Voorgeschiedenis en onderwerp van deze omzendbrief
Met CO 1332 van 21 juni 2001 is aan de kinderbijslagfondsen een vademecum bezorgd waarin een overzicht werd gegeven van de verschillende gevallen waarin zij mogelijk kunnen afzien van terugvordering van ten onrechte betaalde gezinsuitkeringen,...
De programmawet van 20 juli 2006 bevat de volgende bepalingen:
- in Hoofdstuk 2, bepalingen betreffende de strijd tegen fraude met sociale uitkeringen, met als doel de overheidsinstellingen die kinderbijslag uitkeren aan hun personeel (contractueel en/of statutair) op te leggen hun dossiers te...
Het gebeurt vaak dat de weldadigheidsinstelling waar het kind geplaatst is haar recht pas na zeer lange tijd bij het bevoegd kinderbijslagfonds doet gelden (soms wel na verscheidene jaren) en zulks zeer waarschijnlijk omdat zijzelf laattijdig de benaming van het betrokken kinderbijslagfonds...
Er stellen zich problemen wat betreft de toepassing van de CO 712 en de informatienota 1986/50 wanneer de echte bijslagtrekkende samenwoont met een rechthebbende welke een recht opent in het buitenland. De vraag is hier of eveneens CO 712 moet worden toegepast?
Antwoord van de directie "...
§ 1. De kinderbijslag is maandelijks betaalbaar in de loop van de maand die volgt op deze waarop hij betrekking heeft.
De betaling kan worden opgeschort bij ernstige en eensluidende aanwijzingen dat de door de sociaal verzekerde meegedeelde informatie om sociale uitkeringen te krijgen frauduleus is...