Artikel 1. Dit besluit is niet van toepassing op de personen die recht hebben op kinderbijslag ten laste van Gemeenschappen of Gewesten.
Art. 2. De bij dit besluit ingevoerde verhoging van de leeftijdstoeslagen is bedoeld voor kinderen die in 2006 minstens 6 en hoogstens 17 jaar oud zijn.
Art. 3. De bedragen bedoeld in artikel 44 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, worden als volgt verhoogd :
1° de in § 1, 1° en § 2, 1° bedoelde bedragen worden verhoogd met 44,40 euro bij de toekenning van de toeslag voor juli 2006;
2° de in § 1, 2° en § 2, 2° bedoelde bedragen worden met 62,16 euro verhoogd bij de toekenning van de toeslag voor juli 2006.
In afwijking van het eerste lid, 1° is de bedoelde verhoging verschuldigd bij de eerste toekenning van een toeslag als het recht op die toeslag ontstaat tussen 1 juli en 31 december 2006.
Art. 4. De toeslagen verschuldigd op grond van artikel 44bis van dezelfde wetten, worden, bij de toekenning van de toeslag voor juli 2006, verhoogd met :
1° : 44,40 euro voor een kind van minder dan 12 jaar;
2° : 62,16 euro voor een kind van minstens 12 jaar.
Art. 5. De verhoging op grond van de artikelen 1 tot 3 en de toeslag waarop die verhoging een aanvulling is, worden afzonderlijk betaald.
De in de artikelen 3 en 4 bedoelde bedragen zijn gekoppeld aan spilindex 103,14 (basis 1996 = 100) en evolueren zoals bepaald in artikel 76bis van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders.