Situatie
Een jongere ouder dan 16 jaar verlaat het gezin van zijn ouders en gaat bij een gezin wonen dat een andere mogelijke bijslagtrekkende telt.
Hij laat zich op dat adres inschrijven.
Kan de jongere in zijn belang zijn moeder als bijslagtrekkende aanwijzen?
Advies
De jongere heeft een andere woonplaats dan zijn moeder maar hij heeft dezelfde hoofdverblijfplaats als een andere persoon die zelf een mogelijke bijslagtrekkende is.
Het is aan het kinderbijslagfonds om te bepalen of die persoon al dan niet als de bijslagtrekkende beschouwd kan worden, anders gezegd of die persoon de rol van de moeder vervult.
In de praktijk moet de persoon die mogelijk het kind opvoedt, ondervraagd worden.
Als die persoon het kind opvoedt, kan het kind geen bijslagtrekkende zijn voor zichzelf en kan het dus zijn moeder niet als bijslagtrekkende aanwijzen.
Maar als die persoon het kind niet opvoedt, is het kind de bijslagtrekkende voor zichzelf en kan het zijn moeder als bijslagtrekkende aanwijzen.
Rechtvaardiging
Als vastgesteld is dat het kind bijslagtrekkende is voor zichzelf kan het iemand anders als bijslagtrekkende aanwijzen en oordelen over zijn eigen belang.
Het zijn niet de kinderbijslaginstellingen die beoordelen wat het belang van het kind is.
De sociaal verzekerde zelf kan dat beoordelen. Maar ingeval van verzet tegen de betaling oordeelt de vrederechter of de familierechtbank over het belang van het kind.
Het is in het belang van het kind als een voordeliger groepering mogelijk is en/of hogere kinderbijslag toegekend kan worden (toeslag voor eenoudergezinnen of sociale toeslag voor langdurig werklozen, invaliden of gepensioneerden) door de aanwijzing van een andere bijslagtrekkende.
Het belang van het kind moet niet noodzakelijk verband houden met de kinderbijslagregeling. Er moet ook rekening gehouden worden met geldelijke belangen die niet voortvloeien uit de Algemene kinderbijslagwet (een wettelijk pensioen, bovenwettelijke kinderbijslag, enz.).